Immuunsysteem en aandoeningen
Inhoud
- Samenvatting
- Wat is het immuunsysteem?
- Wat zijn de onderdelen van het immuunsysteem?
- Hoe werkt het immuunsysteem?
- Wat zijn de soorten immuniteit?
- Wat kan er mis gaan met het immuunsysteem?
Samenvatting
Wat is het immuunsysteem?
Je immuunsysteem is een complex netwerk van cellen, weefsels en organen. Samen helpen ze het lichaam om infecties en andere ziekten te bestrijden.
Wanneer ziektekiemen zoals bacteriën of virussen je lichaam binnendringen, vallen ze aan en vermenigvuldigen ze zich. Dit wordt een infectie genoemd. De infectie veroorzaakt de ziekte die je ziek maakt. Je immuunsysteem beschermt je tegen de ziekte door de ziektekiemen af te weren.
Wat zijn de onderdelen van het immuunsysteem?
Het immuunsysteem heeft veel verschillende onderdelen, waaronder:
- Uw huid, die kan helpen voorkomen dat ziektekiemen het lichaam binnendringen
- Slijmvliezen, de vochtige binnenbekledingen van sommige organen en lichaamsholten. Ze maken slijm en andere stoffen die ziektekiemen kunnen vangen en bestrijden.
- Witte bloedcellen, die ziektekiemen bestrijden
- Organen en weefsels van het lymfesysteem, zoals de thymus, milt, amandelen, lymfeklieren, lymfevaten en beenmerg. Ze produceren, bewaren en vervoeren witte bloedcellen.
Hoe werkt het immuunsysteem?
Je immuunsysteem verdedigt je lichaam tegen stoffen die het als schadelijk of vreemd beschouwt. Deze stoffen worden antigenen genoemd. Het kunnen ziektekiemen zijn zoals bacteriën en virussen. Het kunnen chemicaliën of toxines zijn. Het kunnen ook cellen zijn die beschadigd zijn door zaken als kanker of zonnebrand.
Wanneer uw immuunsysteem een antigeen herkent, valt het het aan. Dit wordt een immuunrespons genoemd. Een deel van deze reactie is het maken van antilichamen. Antilichamen zijn eiwitten die werken om antigenen aan te vallen, te verzwakken en te vernietigen. Je lichaam maakt ook andere cellen aan om het antigeen te bestrijden.
Daarna onthoudt je immuunsysteem het antigeen. Als het het antigeen weer ziet, kan het het herkennen. Het zal snel de juiste antistoffen uitzenden, dus in de meeste gevallen word je niet ziek. Deze bescherming tegen een bepaalde ziekte wordt immuniteit genoemd.
Wat zijn de soorten immuniteit?
Er zijn drie verschillende soorten immuniteit:
- Aangeboren immuniteit is de bescherming waarmee je geboren wordt. Het is de eerste verdedigingslinie van je lichaam. Het omvat barrières zoals de huid en slijmvliezen. Ze zorgen ervoor dat schadelijke stoffen het lichaam niet binnendringen. Het bevat ook enkele cellen en chemicaliën die vreemde stoffen kunnen aanvallen.
- Actieve immuniteit, ook wel adaptieve immuniteit genoemd, ontstaat wanneer u bent geïnfecteerd met of ingeënt tegen een lichaamsvreemde stof. Actieve immuniteit is meestal langdurig. Voor veel ziekten kan het je hele leven duren.
- Passieve immuniteit gebeurt wanneer u antilichamen tegen een ziekte krijgt in plaats van ze via uw eigen immuunsysteem aan te maken. Pasgeboren baby's hebben bijvoorbeeld antistoffen van hun moeder. Mensen kunnen ook passieve immuniteit krijgen door bloedproducten die antistoffen bevatten. Dit soort immuniteit geeft je meteen bescherming. Maar het duurt maar een paar weken of maanden.
Wat kan er mis gaan met het immuunsysteem?
Soms kan een persoon een immuunrespons hebben, ook al is er geen echte dreiging. Dit kan leiden tot problemen zoals allergieën, astma en auto-immuunziekten. Als u een auto-immuunziekte heeft, valt uw immuunsysteem per ongeluk gezonde cellen in uw lichaam aan.
Andere problemen met het immuunsysteem treden op wanneer uw immuunsysteem niet correct werkt. Deze problemen omvatten immunodeficiëntieziekten. Als u een immuundeficiëntieziekte heeft, wordt u vaker ziek. Uw infecties kunnen langer aanhouden en kunnen ernstiger en moeilijker te behandelen zijn. Het zijn vaak genetische aandoeningen.
Er zijn andere ziekten die uw immuunsysteem kunnen aantasten. Hiv is bijvoorbeeld een virus dat je immuunsysteem schaadt door je witte bloedcellen te vernietigen. Als hiv niet wordt behandeld, kan dit leiden tot aids (acquired immunodeficiency syndrome). Mensen met aids hebben een zwaar beschadigd immuunsysteem. Ze krijgen steeds meer ernstige ziekten.