Cardio-bewegingen van 60 seconden
Inhoud
Je weet dat je meer zou moeten sporten. Je wilt meer sporten. Maar soms is het moeilijk om een volledige training in je drukke schema te persen. Het goede nieuws: een aantal gepubliceerde onderzoeken tonen aan dat je in vorm kunt blijven en voldoende calorieën kunt verbranden om op gewicht te blijven of af te vallen door de hele dag door mini-workouts te doen. Onderzoek heeft zelfs aangetoond dat korte oefenperioden - slechts drie sessies van 10 minuten - net zo effectief zijn als lange, op voorwaarde dat de totale cumulatieve trainingstijd en het intensiteitsniveau vergelijkbaar zijn. Herhaal een van de volgende oefeningen een minuut lang.
1. Springjack
Sta met de voeten bij elkaar, spring dan, scheid de benen en hef de armen boven je hoofd. Land met de voeten op heupbreedte uit elkaar, spring dan met de voeten weer bij elkaar en onderarmen.
2. Traplopen
Ren een trap op, pomp je armen en loop dan naar beneden. Varieer door twee trappen tegelijk te nemen.
3. Touwtjespringen
Doe een standaard bokser shuffle of tweevoetige sprong. Blijf op de bal van de voeten, spring niet te hoog van de grond, ellebogen naast je.
4. Squatsprong
Sta met de voeten op heupbreedte uit elkaar. Buig de knieën en laat de heupen zakken tot een squat. Spring in de lucht en strek de benen, hef de armen omhoog. Land zacht en laat de armen zakken.
5. Splitsprong
Sta in een gespleten houding, de ene voet een lange pas voor de andere, buig dan door de knieën en spring, wissel van been naar land en pomp armen in tegenstelling tot benen. Wissel benen af.
6. Step-up
Stap op een stoeprand, trap of stevige bank met de ene voet, dan de andere, dan een voor een naar beneden; herhalen.
7. Afwisselende knielift
Ga rechtop staan, breng een knie naar je borst zonder de ribbenkast in te klappen; draai de tegenovergestelde elleboog naar de knie. Alternatieve kanten.
8. Hamstringkrul
Ga rechtop staan, stap zijwaarts met de rechtervoet en breng dan de linkerhiel naar de billen; trek de ellebogen naar de zijkanten. Alternatieve kanten.
9. Jog op zijn plaats
Jog op zijn plaats, knieën optrekkend; zwaai armen natuurlijk in oppositie. Land zacht, bal van voet tot hiel.
10. Zijwaartse sprong
Plaats een lang, dun voorwerp (zoals een bezem) op de vloer. Spring zijwaarts over het object en land met de voeten bij elkaar.